Dag 19 Kalibaru –Denpasar Ijen veerboot - Reisverslag uit Denpasar, Indonesië van Familie Zandhuis - WaarBenJij.nu Dag 19 Kalibaru –Denpasar Ijen veerboot - Reisverslag uit Denpasar, Indonesië van Familie Zandhuis - WaarBenJij.nu

Dag 19 Kalibaru –Denpasar Ijen veerboot

Blijf op de hoogte en volg

22 Augustus 2014 | Indonesië, Denpasar

Vandaag kunnen we eindelijk weer eens uitslapen. We hoeven pas om 03:30 uur met onze spullen klaar te staan in de lobby. Dat is bijna 2 uur later dan gistermorgen. Het lukt ons en we rijden weer slapend naar de overstapplaats van de jeep. De jeep is wat ruimer en beter ingedeeld dan die van gisteren. We nemen plaats, pikken nog een gids op en rijden naar het begin van een spannend avontuur.

De weg leidt ons door koffieplantages, mooie bomen aan de kant van de weg. Één boom die opvalt is een kleine boom van ongeveer 1 meter hoog met donkerrode bladeren die recht omhoogsteken. Bij de huisjes die we af en toe passeren staan er soms een aantal gegroepeerd als een soort haag. Een mooi gezicht. Hoe verder we rijden des te meer komen we in een regenwoudachtige omgeving met prachtige zeer grote varens aan de kant van de weg. De weg is weer steil en hobbelig met veel scherpe bochten.

We komen bij de start van onze wandeling aan. Er staan al veel jeeps met hun bestuurders te wachten. De passagiers zijn niet te zien. Om half zeven beginnen Frank en ik samen me de gids aan de wandeling zeg maar beklimming van de Ijen vulkaan. Brigitte blijft met Chacha onze gids wachten bij het startpunt. We lopen al een tijdje bergop wanneer ons mensen tegemoet komen die de berg afdalen. Onze gids vertelt dat deze mensen al vannacht boven bij de vulkaan zijn geweest om het zogenaamde “blue light” te kunnen zien. Dat zijn blauwe lichtflitsen die uit de krater schieten en maar op een bepaald tijdstip ’s nachts goed te zien zijn. De weg is goed begaanbaar. Het is een breed pad met een overwegend gladde ondergrond aar wel heel erg steil. We kunnen vaak niet anders dan voetje voor voetje met kleine pasjes de helling oplopen. De mensen die dalen moeten veel moeite doen om langzaam en rechtop naar beneden te lopen. Ook zij gaan met kleine passen. Af en toe zien we mannen met twee manden vol felgele brokken zwavel aan een stok dwars over een schouder hangen. Het totale gewicht van zo’n lading kan wel 60 tot 80 kilo zijn. De oudere mannen zijn mager en hebben pezige beenspieren. Ze lopen heel rustig met een licht verende tred. Onderweg zien we ze ook aan de kant van de weg zitten uitrusten. Wat een zwaar werk is dat.

Onze wandeling zal een afstand heen en terug van 7 kilometer en een wandeltijd van 2,5 uur hebben. Met de Runkeeper app op mijn smartphone volg ik de voortgang van deze hike. Na ruim 1,5 kilometer komen we bij een rustplaats waar 2 kleine gebouwen staan. Er staan groepen met parallelle dwarsliggende palen op een hoogte van ongeveer een meter, net een gelijke brug bij gymnastiek. Hierop staan manden met zwavelbrokken. De zwaveldragers kunnen de manden die aan een stevige stok hangen op hoogte neerzetten en er ook gemakkelijk weer onder komen. Bij één van de hutten hangt een weeginstrument. De stok met manden wordt aan één zijde gehangen en een contragewicht dat verder of dichter bij het scharnierpunt kan worden gedraaid, wordt gebruikt om een balansevenwicht te vinden. Dan kan het gewicht worden afgelezen. We zijn getuige van en weging van manden met een gewicht van 55 kilo en van een toerist, die wil ervaren hoe zwaar het is. De man probeert met een stok met manden op zijn schouder te gaan staan maar geeft het snel op. Onbegonnen werk lijkt het. En dan te weten dat de zwaveldragers 4 of 5 keer per dag deze route leeg omhoog en vol omlaag afleggen en stoppen zodra het te donker wordt.

We komen uiteindelijk bij de kraterrand en zien net als gisteren een grote rookpluim uit de krater opstijgen. Naast de rookpluim zien we een deel van een vaalgroen kratermeer. De kraterwand loopt de eerste tientallen meters niet te steil omlaag en is doorsneden met diepe groeven. Het zonlicht geeft mooie licht effecten op de kraterwand en omliggende berghellingen en bossen en stroken met varens. Er zijn een flink aantal toeristen aanwezig en er wordt flink gefotografeerd met natuuropnames, (groeps-)portretten met de krater als achtergrond en “selfies” met een mobiele telefoon. We lopen over een deel van de rand van de kraterwand om verschillende invalshoeken te hebben. Elk plekje geeft nieuwe fantastische plaatjes. Wanneer we de terugtocht willen inzetten komen we in gesprek met een jong Nederlands stelletje. Frank maakt een paar foto’s van ze en zij weer van ons. We geven nog wat tips over scherpstellen en compositie. Ze zijn er erg blij mee. “Nu snap ik waarom mijn foto’s vaak onscherp zijn” zegt het meisje na het horen van de tips en het uitproberen ervan. Ze is erg enthousiast over het resultaat.
We wensen elkaar een goede reis en gaan naar beneden. Dat gaat veel sneller dan omhoog. We moeten wel oppassen niet te snel te willen gaan want als je uitglijdt dan schuif je een flink eind naar beneden. In een uurtje zijn we beneden bij het startpunt. We nemen even rust want die zware fotorugtassen hebben het allemaal wel zwaarder gemaakt. Wanneer de dorst is gelest stappen we in de jeep. De rit terug naar onze bus gaat vlot tot we een harde knal horen onder onze auto. Dat is een klapband is de eerste gedachte. De jeep wordt direct gestopt. De rechterachterband is helemaal aan flarden. Inderdaad een klapband dus. Iedereen gaat eruit en wij wachten in de berm in de schaduw. De chauffeur gaat met de gids en nog iemand die spontaan is komen helpen de band verwisselen. Het reservewiel compleet met band hangt aan de achterdeur van de jeep en is in een kwartiertje onder de auto geplaatst. De kapotte band komt op de plek van het reservewiel te hangen. We kunnen verder en zijn op tijd bij de bus.

Onze veerboot vertrekt om 12 uur naar Bali. De bus is snel op het benedendek geparkeerd en wij lopen naar het bovendek vóór om een plaats met uitzicht en in de schaduw te vinden. Aan de overkant zien we Bali liggen. Het is inmiddels prachtig zonnig weer en de vaarroute tussen Java en Bali wordt druk bevaren. De veerboot zal niet in een rechte lijn naar de haven op Bali kunnen varen vanwege de ondiepe stukken. Een andere veerboot vaart eerst een stuk in noordelijke richting langs de kust van Java en steekt dan over. Wij volgen dezelfde route en bereiken in een uurtje Bali. Lopend gaan we van de veerboot. In de schaduw wachten we op ons busje. De horloges en camera’s moeten worden bijgesteld want we zitten in een andere tijdzone met nog één extra tijdverschil met Nederland, nu 6 uur.

We zien al snel enkele opvallende verschillen met Java. In de weilanden en plantages staan koeien en voor ons gevoel zien we veel koeien. Ik kan me niet herinneren op Java koeien te hebben gezien, behalve dan als heerlijke steak. Hier op Bali is de bevolking voor 85% Hindoeïstisch en de koe is voor hen een heilig dier. Bij de woningen en andere gebouwen maar ook langs de weg of in de plantages zien we erg veel miniatuurtempeltjes, afbeeldingen van godinnen of andere Hindoeïstische ornamenten. Er zijn veel tempels op Bali. 15 daarvan zijn heilige tempels en mogen niet worden gefotografeerd. Het eerste deel van de weg uit de havenplaats loopt langs een nationaal park. In de berm zien we een groot aantal apen zitten. Er zijn ook een paar apen die een klein (pasgeboren?) aapje bij zich dragen. We stoppen pal naast ze op de smalle vluchtstrook en kunnen foto’s maken door de zijruiten heen.

Om kwart over vier hebben we nog een lunch met fraai uitzicht op de Indische oceaan. Het is tijd om afscheid te nemen van Chacha onze gids en onze chauffeur. Net als op Sumatra hebben wij, maar ook zij, veel plezier gehad aan de gezamenlijke reis. Voor het restaurant maken we nog een groepsfoto.

Dan zetten we koers naar hotel Puri Santrian in Denpasar, waar we tegen 7 uur aankomen. Uitstappen, koffers uitladen, handen schudden, zwaaien en daar staan we dan. Chacha en Musa beginnen direct aan de lange terugreis van 1.200 km naar Jakarta. Ze moeten de veerboot van vannacht 02:00 uur halen. Wij checken in en worden naar onze kamers begeleid. Onze kamer is prachtig. Er zijn meerdere vertrekken, een ruime slaapkamer met een hemelbed en een zeer groot balkon met uitzicht op zwembad, tuin en op de achtergrond de oceaan. De hostess meldt trots dat we grootste kamer in dit blok hebben. We mogen hier 3 dagen vertoeven. Dat gaat wel lukken. Morgen maar eens bij daglicht kijken.

  • 23 Augustus 2014 - 15:42

    Nellie Kerkhof:

    Hallo Brigitte Herman en Frank,

    wat een super leuke vakantie. echt geweldig. wat hebben jullie veel gezien.
    Hier kunnen jullie echt mooi op terug kijken.

    mooie verhalen en foto's, heel bijzonder. Mooi geschreven.

    goede reis terug.

    groetjes Nellie

  • 23 Augustus 2014 - 16:20

    Herman En Nolda Ter Horst:

    Hoi Buurtjes,

    Wat een mooie verhalen. Jullie gaan maar door en door. Hopelijk "mogen" jullie wat uitrusten op het strand op Bali, of staan er al weer spannende tochten op het programma. Het maakt ook niet uit, jullie genieten ervan! Nog een fijne voortzetting op jullie laatste eiland!

    Een lieve groet van, Herman en Nolda

  • 09 September 2014 - 20:49

    Chantal:

    Ik word op mijn wenken bediend....

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Indonesië, Denpasar

Telegraph Cove, Canada;

Actief sinds 07 Juli 2010
Verslag gelezen: 83
Totaal aantal bezoekers 39612

Voorgaande reizen:

05 Oktober 2015 - 18 Oktober 2015

Portugal 2015

04 Augustus 2014 - 29 Augustus 2014

Indonesië 2014

01 Augustus 2013 - 30 Augustus 2013

Canada 2013

31 Juli 2012 - 11 Augustus 2012

Logeren bij de Schotten

24 Juni 2012 - 01 Juli 2012

Ierland rondreis

09 Juli 2010 - 07 Augustus 2010

Oostkust Australië

Landen bezocht: